Tag: wetenschapscommunicatie

De Irispenning 2023 voor Ionica

Gisteren maakte Arjen Lubach bekend dat ik de Irispenning 2023 voor Excellente Wetenschapscommunicatie krijg. Wauw, ik ben echt superblij!

Uit het persbericht:

***
‘Als er iemand is die langjarig excelleert op het gebied van wetenschapscommunicatie, altijd met humor, altijd zoekend naar samenwerking, dan is het wel Ionica Smeets’, aldus de jury van de Irispenning.

Al bijna 15 jaar schrijft Smeets columns over wiskunde en getallen, ze heeft diverse programma’s over wiskunde en wetenschap gepresenteerd en schuift regelmatig aan in talkshows om over wetenschap te communiceren. Sinds haar aantreden als hoogleraar Wetenschapscommunicatie aan de Universiteit Leiden in 2015 pleit ze ervoor dat universiteiten hun wetenschappers niet alleen tijd geven en belonen voor onderwijs en onderzoek, maar ook voor wetenschapscommunicatie. Het is niet verwonderlijk dat Ionica Smeets door Irispenninglaureaaut minister Robbert Dijkgraaf werd gevraagd als kwartiermaker voor een nieuw nationaal centrum voor wetenschapscommunicatie, samen met Alex Verkade. Volgens het juryrapport is zij de ‘favoriete kandidaat die al meteen bovenaan het lijstje stond’ en vanwege haar langdurige excellente inspanningen voor wetenschapscommunicatie krijgt Ionica Smeets de Irispenning 2023.

Op de Avond van Wetenschap & Maatschappij, maandag 9 oktober in de Pieterskerk in Leiden, wordt de prijs door demissionair minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Robbert Dijkgraaf uitgereikt aan Ionica Smeets. De Irispenning bestaat uit een geldbedrag van tienduizend euro, beschikbaar gesteld door de Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen, en een penning, vervaardigd door Jennifer Hoes.
***

Hier kun je het item bij De Avondshow terugkijken:

En hier vind je het complete persbericht over de Irispenning.

Wie goed is in wetenschap, is niet per se goed in de communicatie erover

Te vaak is wetenschapscommunicatie het etaleren van mooie resultaten in een gelikt filmpje, zien Ionica Smeets en Alex Verkade. Zij bepleiten een expertisecentrum dat kennis en kunde bundelt en verspreidt.

In onze maatschappij speelt wetenschap een grote rol. Alleen al vanuit democratisch oogpunt en vanuit het beginsel van gelijke kansen zouden wetenschappers daarom hun stinkende best moeten doen om iedereen te betrekken bij wetenschap. Om te zorgen dat mensen goede beslissingen kunnen nemen en om de wetenschappelijke verhalen die bij onze cultuur horen te delen. Bovendien kunnen grote uitdagingen als de klimaatcrisis alleen aangepakt worden in samenwerkingen tussen wetenschap en samenleving.

Illustratie door Megan de Vos

Daarvoor is goede wetenschapscommunicatie hard nodig. Wetenschapscommunicatie gaat over allerlei manieren waarop mensen buiten de wetenschap betrokken worden bij wetenschappelijk onderzoek. Er is wetenschapscommunicatie over alle stappen van het wetenschappelijk proces, van idee tot resultaat, en over alle soorten onderzoek. Wetenschapscommunicatie kan gaan over het delen van wetenschappelijke inzichten, bijvoorbeeld bij een lezing over quantummechanica. Over samen onderzoeksvragen bedenken en onderzoek uitvoeren, zoals in zogenoemde ‘citizen science’-projecten rond zwerfafval. Of over verschillende opvattingen over wat we met uitkomsten van wetenschappelijk onderzoek zouden moeten doen, bijvoorbeeld bij een discussieavond over jeugdcriminaliteit.

We komen echter te vaak collega’s tegen die trots vertellen dat ze iets moois aan wetenschapscommunicatie hebben gedaan – maar vervolgens een gelikt filmpje laten zien dat bedoeld is om studenten te werven, of dat hun onderzoeksresultaten wel héél ronkend neerzet.

Illustratie door Megan de Vos

Een deel van de communicatie over wetenschap lijkt verdacht veel op marketing. Het is vooral éénzijdig zenden van informatie en weinig luisteren naar kennis vanuit de samenleving. Er is veel aandacht voor het etaleren van mooie resultaten en doorbraken, maar minder voor het delen van het proces van wetenschap.

En er wordt veel gepreekt voor eigen parochie: sommige mensen in de samenleving worden veel gemakkelijker en vaker betrokken bij wetenschap dan anderen, terwijl die anderen dat wel zouden willen. Verreweg de meeste burgers zijn namelijk niet ongeïnteresseerd of wantrouwend. Ze willen best iets met wetenschap, maar hebben geen idee hoe.

Enthousiasme van individuen

Illustratie door Megan de Vos

Natuurlijk gebeurt er ook veel moois. Vanuit hogescholen, universiteiten en andere kennisinstellingen, in wetenschapsmusea, door media en anderen. Maar te veel van deze activiteiten drijven op het enthousiasme van individuen en slagen eerder ondanks dan dankzij het huidige beleid. Mensen die het goed doen, krijgen daar weinig waardering voor.

Ook leeft op te veel plekken het impliciete idee dat je, als je eenmaal goed bent in het complexe doen van onderzoek, je als vanzelf ook goed zult zijn in het als eenvoudiger beschouwde communiceren erover. Wetenschapscommunicatie wordt binnen de wetenschap te vaak gezien als iets wat je als hobby doet, naast je echte werk. Er wordt weinig vooraf nagedacht over doelen, activiteiten worden zelden geëvalueerd en kennis op het gebied van communicatie wordt weinig gedeeld.

Kortom: er valt veel te verbeteren. Dat kun je het beste op landelijk niveau aanpakken, zoals verschillende landen om ons heen al doen. Het is daarom een goede zaak dat minister Robbert Dijkgraaf (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, D66) vorig jaar aankondigde dat Nederland een nationaal centrum voor wetenschapscommunicatie krijgt. Hij vroeg ons om dit centrum op te zetten en een plan van aanpak te schrijven. Dat advies is deze woensdag gepresenteerd.

Nationaal Expertisecentrum

We hebben besloten om de term wetenschapscommunicatie te vermijden in de naam: Nationaal Expertisecentrum Wetenschap & Samenleving. Daarmee leggen we de nadruk op waar het om moet gaan: wetenschap én samenleving.

Illustratie door Megan de Vos

Dit nieuwe, kleine centrum moet als een katalysator de Nederlandse wetenschapscommunicatie verbeteren. Door te zorgen dat bestaande kennis over communicatie gedeeld en gebruikt wordt, door mensen die aan wetenschapscommunicatie doen te koppelen aan mensen die weten hoe je dat goed doet en door te zorgen dat wetenschapscommunicatie ruimte en erkenning krijgt binnen het werk van de wetenschap.

Het centrum gaat zelf geen wetenschapscommunicatieprojecten opzetten of financieren, zulke rolvermenging leidt al snel tot problemen. Het is cruciaal dat het centrum een onafhankelijke organisatie wordt, zodat het los kan staan van politieke invloed en belangen van bestaande instituten.

Illustratie door Megan de Vos

We beseffen goed dat dit centrum de relatie tussen wetenschap en samenleving niet zonder meer zal veranderen in een verhaal van louter eenhoorns en regenbogen. Maar wij geloven dat goede communicatie tussen wetenschap en samenleving essentieel is voor onze toekomst. En dat dit centrum nodig is om daar samen met de wetenschap aan te blijven werken.

Dit opiniestuk verscheen op 13 april in NRC.

Diesoratie

Dit jaar mocht ik een diesoratie geven bij de 448ste verjaardag van de Universiteit Leiden. Dit is hoe de universiteit mijn oratie beschreef:

Hoe zorgen we dat wetenschap van waarde is voor de samenleving? Volgens hoogleraar Ionica Smeets is wetenschapscommunicatie daarvoor cruciaal, zo zei ze in haar diesoratie. Aan de manier waarop wetenschappers hun kennis naar buiten uitdragen, kan nog volgens haar nog veel verbeterd worden.

Mijn volledige diesrede kunt u hier in het Nederlands lezen.

Op de website van Universiteit Leiden kunt u de gehele 448ste Dies Natalis terugkijken.

Ionica Smeets en Alex Verkade kwartiermakers nationaal centrum voor wetenschapscommunicatie

Minister Dijkgraaf (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) heeft Ionica Smeets en Alex Verkade aangesteld als kwartiermakers van een nieuw nationaal centrum voor wetenschapscommunicatie. Dit nieuwe centrum stimuleert het gesprek tussen wetenschappers en de samenleving en gaat expertise verzamelen en delen, om zo wetenschapscommunicatie doeltreffender te maken. Ionica Smeets en Alex Verkade zetten zich allebei al jaren in voor een nationaal centrum wetenschapscommunicatie.

Ionica Smeets is hoogleraar wetenschapscommunicatie aan de Universiteit Leiden en hoofd van de afdeling Science Communication & Society die de gelijknamige master-specialisatie verzorgt. Daarnaast doet ze aan wetenschapscommunicatie met columns, boeken en discussies in (sociale) media. Alex Verkade is MT-lid bij Regieorgaan SIA, dat kwaliteit en impact van praktijkgericht onderzoek stimuleert. Hij zet zich al zijn hele carrière in voorverbinding tussen onderzoek en samenleving en werkte ruim 20 jaar in de wetenschapscommunicatie, zowel in de praktijk als in het beleid.

Fundament
Minister Dijkgraaf heeft het nieuwe centrum voor wetenschapscommunicatie in mei van dit jaar in mei van dit jaar aangekondigd. De dialoog tussen de samenleving en wetenschap moet gehouden worden, daar ligt een rol voor de wetenschap. Maar minister Dijkgraaf wil ook dat we als land steviger staan voor de wetenschap en degenen die de wetenschap beoefenen. Hiervoor is een stevig fundament onder onze wetenschapscommunicatie nodig. Voor een goede verbinding tussen wetenschap en maatschappij is de dialoog namelijk essentieel. Wetenschapscommunicatie kan zorgen voor een gelijkwaardige dialoog op basis van begrip en vertrouwen. Onderzoek en het samenbrengen van kennis over effectieve manieren om dat gesprek te voeren zijn daarbij erg belangrijk. Ook hiervoor ziet de minister een rol voor het nieuwe centrum voor wetenschapscommunicatie.

Ionica Smeets en Alex Verkade zijn per 1 oktober aangesteld om het nieuw op te richten nationaal centrum op te gaan zetten. De minister gaf de 2 kwartiermakers de vrije opdracht mee om alle energie op het vlak van wetenschapscommunicatie te bundelen. Het doel: niet méér, maar betere wetenschapscommunicatie. Het centrum gaat niet bepalen wat goede wetenschap is en zal zelf ook niet communiceren over wetenschap, maar stimuleert het gesprek tussen wetenschappers en mensen in de samenleving. Smeets en Verkade presenteren de minister volgend voorjaar een blauwdruk voor het nieuwe centrum.

Uitwisselen expertise
Ionica Smeets: “Wetenschapscommunicatie gebeurt op zoveel plekken en in zoveel vormen. En zoveel mensen moeten daarbij elke keer opnieuw het wiel uitvinden. Er valt veel te winnen door expertise uit te wisselen.”

Alex Verkade: “Wetenschapscommunicatie is een belangrijk onderdeel van een grotere beweging naar meer open wetenschap, waar wetenschappers ook gewaardeerd worden voor hun inzet om in gesprek te gaan met de samenleving. Zo gaan wij als kwartiermakers ook te werk: in een open gesprek met het veld, in de breedste zin van het woord.”

Minister Dijkgraaf: “Met hun verschillende achtergronden, brede ervaring en grote netwerk zijn Ionica en Alex de ideale kwartiermakers. Ik waardeer het dat de Universiteit Leiden en SIA hen beschikbaar hebben gesteld om samen met het veld een kenniscentrum op te gaan zetten. Ionica en Alex vertegenwoordigen een schat aan kennis en connecties en ze zijn goed gepositioneerd om het brede vakgebied van wetenschapscommunicatie bij elkaar te brengen. Dat daaraan behoefte is, blijkt uit de vele positieve reacties op het initiatief voor een nationaal centrum. Die brede betrokkenheid geeft de noodzaak van samenwerken en kennisdeling weer.”

Ionica in Heidelberg: haardvuurgesprek over wetenschapsjournalistiek en -communicatie

Als begin van haar gasthoogleraarschap in Heidelberg was Ionica te gast bij een haardvuurgesprek. Hierin praat Ionica samen met Prof. Dr. Michael Boutros en Annika Elstermann over de onderwerpen wetenschapsjournalistiek en wetenschapscommunicatie. Het gesprek werd geleid door Prof. Dr. Matthias Weidemüller, vice-rector aan de Universiteit van Heidelberg.

Hadden maar meer wetenschappers de droom hun onderzoek ‘in een boekske bij de kapper’ te krijgen

Een tijdje terug was ik nogal jaloers op België. Daar werden wetenschappers die aan publieksprojecten doen eens per jaar in het zonnetje gezet met de jaarprijzen wetenschapscommunicatie. Ik was ooit te gast bij de uitreiking daarvan in het prachtige pand van de Koninklijke Vlaamse Academie van België en zag hoe tientallen onderzoekers in de prijzen vielen. Eén van de winnaars vertelde op het podium dat zijn droom was om zijn onderzoek ‘in een boekske bij de kapper’ te krijgen. Hadden maar meer wetenschappers zo’n droom.

Ik was destijds een klein beetje teleurgesteld toen deze jaarprijzen vooral symbolisch bleken: de winnaars kregen geen geld, alleen een pluim van de academie. Maar goed, dat was altijd nog beter dan in Nederland waar er destijds helemaal geen prijzen voor wetenschapscommunicatie meer waren.

Inmiddels hebben we een inhaalslag gemaakt. Sinds 2019 is er de jaarlijkse Irispenning voor excellente wetenschapscommunicatie mét een geldbedrag van 10 duizend euro. Datzelfde jaar besloot (toen nog niet demissionaire) minister van Engelshoven om wetenschapscommunicatie een flinke impuls te geven. Met 3 miljoen euro om binnen de Nationale Wetenschapsagenda kennis naar de maatschappij te brengen een pilot van 1 miljoen euro ‘om onderzoekers te belonen die actief met de samenleving de dialoog aan gaan’.

Foto van de Irispenning.

Die pilot kostte even tijd om te organiseren, maar vorige week maakte onze eigen Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen bekend dat meer dan negentig wetenschappelijke teams elk 10 duizend euro krijgen als blijk van waardering. Ik zag persoonlijke favorieten in de lijst, zoals de blogs StukRoodVlees.nl (over politicologisch onderzoek) en Neerlandistiek.nl (de naam zegt het al), maar ook initiatieven die ik niet nog kende zoals Verblijfblog.nl (over migratierecht). Naast blogs waren er ook podcasts, stripboeken, lezingreeksen en nog veel meer – grasduin vooral eens door de lijst als u meer wilt weten over wetenschap .

Die prijzen en waardering voor wetenschapscommunicatie zijn heel goed. Maar helpen ze ook om de grote vragen uit het vakgebied te beantwoorden? De corona-crisis liet zien hoe lastig het is om helder te communiceren over wetenschappelijke modellen en de onzekerheid in voorspellingen. We zagen hele groepen mensen die hun vertrouwen in experts en wetenschap verloren zijn. En sommige wetenschappers deden desondanks alsof communicatie een vorm van éénrichtingsverkeer is. Het is vrij makkelijk om aan te wijzen wat er qua wetenschapscommunicatie allemaal misging in het afgelopen jaar, maar nogal lastig om te zeggen hoe het dan wél had gemoeten. We weten domweg nog heel veel niet.

Science communication wordweb

Onze oosterburen hebben besloten om grootscheeps in te zetten op een volgende stap in wetenschapscommunicatie. Zij gaan met Science communication cubed een aantal nieuwe centra oprichten die onderzoek en praktijk van wetenschapscommunicatie combineren. In die centra bundelen communicatie-onderzoekers, academici die vanuit een specifiek vakgebied communiceren én wetenschapscommunicatoren van buiten de universiteit hun krachten: wetenschapscommunicatie tot de derde macht. De Duitsers zetten in op grote veranderingen en investeren 4 miljoen euro per centrum – en bij succes krijgen ze na vijf jaar elk nog eens 2 miljoen.

De laatste tijd ben ik nogal jaloers op Duitsland.

Deze column verscheen op 30 april 2021 in de Volkskrant.