Tag: liefde

Ik vrees dat we niet oneindig veel liefde hebben om te geven, hoe graag we dat ook zouden willen

Lieve Ionica,

Toen mijn dochter achttien jaar geleden geboren werd, werd ik overspoeld met liefde. Een soort liefde die ik niet kende. Een extra potje liefde waarvan ik niet wist dat het bestond. Een paar jaar later was ik zwanger van mijn tweede dochter. Mijn man en ik waren wat angstig: hadden we voor dit kindje nog wel liefde over? Maar ook voor haar was er liefde te over. Blijkbaar zat er genoeg liefde voor twee kinderen in ons. Maar wanneer is deze bron opgedroogd? Is er een limiet aan de liefde die je kunt geven?

Yasmine Dijkstra

Beste Yasmine,

Het liefste zou ik antwoorden dat er altijd ruimte is voor nóg iemand erbij om van te houden, zoals in Hilberts hotel waar er altijd iemand bij kan. Dit hotel bestaat niet echt, maar is een wiskundig gedachtenexperiment. Hilberts hotel heeft oneindig veel kamers: kamer 1, 2, 3, en dan alsmaar verder. En in dit hotel is er dus altijd plaats voor nieuwe gasten. Als een nieuwe gast arriveert terwijl alle kamers bezet zijn, dan wordt er omgeroepen dat iedereen één kamernummer moet opschuiven. De gasten in kamer 1 gaan naar kamer 2, die in kamer 2 naar kamer 3, … , die in kamer 1.729 naar kamer 1.730, enzovoorts.

De receptie raakt ook niet in paniek als het hotel vol is en er onverwacht oneindig veel nieuwe gasten voor de balie staan. In dat geval vragen ze alle bestaande gasten te verhuizen naar de kamer die het dubbele nummer van hun huidige kamernummer heeft. Dus kamer 1 gaat naar 2, kamer 2 gaat naar 4, …, kamer 1.729 naar 3.458, enzovoorts. Dan zijn er daarna oneindig veel kamers met een oneven kamernummer beschikbaar. Zelfs als er oneindig veel bussen met elk oneindig veel gasten komen, is er plaats voor iedereen in het Hilbert-hotel.

Maar dit hotel is niet voor niets een gedachtenexperiment dat niet in het echt kan bestaan. Het heeft een oneindig aantal kamers, maar in een menselijk leven zijn de meeste dingen eindig (zo niet alle). Ik vrees daarom dat we niet oneindig veel liefde hebben om te geven, hoe graag we dat ook zouden willen. Je kunt niet van alle miljarden mensen op aarde diep en intens houden, voor elk van hen zorgen en voor ieder van hen willen vechten. Ergens ligt een grens. En waar die grens ligt, zal van persoon tot persoon verschillen.

Een vriendin van mij was de jongste in een gezin van zeven en had het gevoel dat er voor haar niet genoeg liefde meer over was. Zelf koos ze er daarom heel bewust voor om na één kind geen tweede meer te krijgen. Maar een andere vriendin die ook de wat verwaarloosde jongste was in een groot gezin, kreeg vier kinderen waarvoor ze meer dan genoeg liefde bleek te hebben.

Er is meer onderzoek nodig om te controleren of het klopt wat The Beatles zongen: ‘And in the end the love you take is equal to the love you make.

Deze column verscheen op 25 augustus 2023 in de Volkskrant.

Nieuwe adviesvragen zijn van harte welkom. Liefst persoonlijke vragen die op het eerste gezicht he-le-maal niets met wiskunde te maken hebben. U kunt ze insturen via ionica@volkskrant.nl.

Lees hier ook de andere columns van de reeks.

Op zoek naar de ware? Mijn advies is om in de liefde te denken als een toegepast wiskundige

Lieve Ionica, 

Ik zou graag willen weten hoe ik in de liefde “de ware” vind. Ik hoopte altijd de ware te vinden en was er ook van overtuigd dat dit zou lukken. Maar ondanks vele pogingen ben ik hem nooit tegengekomen. Mijn vrienden lachen me uit en zeggen dat ik in sprookjes geloof. Is dit zo? Neemt de kans om de ware te vinden af als je ouder wordt?

Hartelijke groeten, 
Ilse Jansen

Beste Ilse Jansen,

Er is niets mooiers dan geloven in de liefde. Maar het grote nadeel aan het zoeken naar de ware, is dat er hier maar één van bestaat. En die ene, unieke persoon is héél moeilijk te vinden. Stel dat u een voltijdbaan maakt van het zoeken naar de ware liefde en veertig uur per week vult met speeddates van steeds vijf minuten. Dan heeft u na veertig jaar 998.400 mogelijke partners gezien. Ongelooflijk veel, maar het is een schijntje op de miljoenen mogelijke kandidaten die er alleen al in Nederland rondlopen, om over de miljarden in de rest van de wereld nog maar te zwijgen. De kans dat u dé ware vindt, is verwaarloosbaar klein. Zelfs als u 120 wordt.

Maar de wiskunde biedt wel degelijk hoop. Als student ging ik eens op bezoek bij een defensie-expert. Die legde met een voorbeeld uit wat het verschil is tussen zuivere wiskunde en toegepaste wiskunde. Met zuivere wiskunde kun je tijdens een vijandelijke raketaanval berekenen wat de unieke, allerbeste strategie is om je te verdedigen. Het grote nadeel aan deze methode is dat de berekening zo lang duurt dat de raket al lang is ingeslagen tegen de tijd dat je het antwoord krijgt. Met toegepaste wiskunde bereken je een benadering van die ene unieke, allerbeste verdediging, de beste die je kunt vinden in de tijd die je hebt voordat je je ook echt moet verdedigen. Die oplossing blijkt vaak behoorlijk goed. Als de allerbeste verdediging 80% kans op succes biedt (als je hem op tijd zou kunnen uitvoeren), geeft de snel berekende benadering nog steeds 72% kans op succes.

Mijn advies is om in de liefde te denken als een toegepast wiskundige en te zoeken naar een goede benadering van de ware. Iemand die voor 90% aan de eigenschappen van de ware voldoet, is misschien wel iemand waarmee u heel gelukkig kunt worden en zo iemand is veel sneller te vinden.

Er bestaat een elegante wiskundige methode die een grote kans oplevert dat u eindigt met zo’n goede benadering van de ware. In deze methode moet u eerst een deel van de kandidaten beoordelen, daarna kiest u de eerste die u tegenkomt die beter is dan alle voorgangers. Psycholoog Peter Todd rekende ooit allerlei varianten hiervan door en concludeerde dat een testgroep van twaalf partners doorgaans goed werkt.

Ik weet niet hoeveel pogingen u al heeft gewaagd. Als het er veel meer zijn dan twaalf, dan is het misschien lastig om iemand te vinden die leuker is dan alle vorigen. In dat geval zou ik terugdenken aan uw eerste twaalf pogingen. En als u nu een nieuwe mogelijke liefde ontmoet, kunt u nagaan of die leuker is dan elk van de eerste twaalf. Zo ja, dan heeft u hem gevonden. Een ware.

Deze column verscheen op 21 juli 2023 in de Volkskrant.

Nieuwe adviesvragen zijn van harte welkom. Liefst persoonlijke vragen die op het eerste gezicht he-le-maal niets met wiskunde te maken hebben. U kunt ze insturen via ionica@volkskrant.nl.

Lees hier ook de andere columns van de reeks.

Neem een nerd (artikel)

Een tip voor alle vrouwen die ongelukkig zijn in de liefde: zoek een bèta. Over de onverwachte voordelen van een exacte geliefde.

Toen ik een jaar of vijftien was, fluisterde de moeder van een vriendin me toe: “Let op de stille jongens die goed zijn in natuurkunde, dat worden later de leukste mannen.” Jarenlang sloeg ik haar wijze raad in de wind. Sterker nog, toen ik zelf aan de Technische Universiteit ging studeren, nam ik me één ding voor: in mijn bed geen bèta. Het leek me oneindig veel interessanter om verkering te hebben met een jongen van de kunstacademie of een wilde muzikant. Ik geloofde in tegenpolen die elkaar aantrekken. Bovendien was ik als twintigjarige best onzeker. Bij bèta’s was ik bang dat ze vooral graag een vriendin wilden en dat het niet zoveel uitmaakte wie dat was. Ik vermoedde dat ze niet van me zouden houden om wie ik was. Maar als een bloedmooie artistieke jongen die de hele dag tussen de meisjes zat mij uitkoos, dan moest ik wel bijzonder zijn.

Dus ging ik jarenlang van de ene ingewikkelde relatie naar de andere. Spannend was het allemaal, maar ook een tikje vermoeiend. Tot ik pal na mijn afstuderen smoorverliefd werd op een natuurkundige. Voor het eerst ging alles makkelijk en zag ik hoe zeer die moeder jaren geleden gelijk had. Op feestjes met natuurkundigen en andere bèta’s stikte het van de leukerds, op een of ander moment waren die stille jongens van vroeger veranderd in zelfverzekerde mannen. Toch knappen veel vrouwen nog steeds af als ze horen dat een man elektrotechniek, of iets in die hoek, heeft gestudeerd. Ze weten niet wat ze missen.

Stay Nice maakte geweldige illustraties bij dit artikel. Wie goed kijkt, herkent de begeerlijke bèta's die aan het eind van dit artikel staan.
Stay Nice maakte geweldige illustraties bij dit artikel. Wie goed kijkt, herkent de begeerlijke bèta’s die aan het eind van dit artikel staan (klik voor een grotere versie).

Zelf ben ik inmiddels al jaren erg gelukkig met mijn natuurkundige, hebben we samen een zoon en kan ik alle vrouwen een exacte man aanraden. Ook degenen die zelf nog geen negen met vier kunnen vermenigvuldigen. Daarom hier de voordelen van een bètaman op een rij met daarna tips om zelf zo’n held aan de haak te slaan.

De zeven voordelen van een bètaman

  1. Hij is slim
    Het zijn slimme jongens, die bèta’s. Intelligentie is een ondergewaardeerde eigenschap in de liefde. Het klinkt als iets koels, emotie lijkt veel belangrijker. Maar stel je eens voor dat je geliefde een verrassingsuitje voor jou verzint met zijn superbrein waarmee hij normaal aan de quantumcomputer werkt. Ik kan je verzekeren dat zorgvuldig geplande logeerpartijen in romantische kasteeltjes geen uitzondering zijn. Als rijkdom je doel is, dan is het ook handig om een slimme bèta aan de haak te slaan. Denk bijvoorbeeld aan Bill Gates of die multimiljonairs achter Google.
  2. Hij is volwassen
    De typische bèta zat tot zijn vijfentwintigste in de boeken/achter de computer/aan de soldeerbout. Daardoor is hij nooit een jongen geweest met een brallende vriendenclub en allerlei jongenshobby’s. Je zit dus niet opgescheept met zo’n zo’n eeuwige jongen uit Nick-Hornby’s romans. Zo’n man die wegrent voor elke verantwoordelijkheid of vastigheid en alleen maar uren over bandjes en sport wil praten. Een bèta slaat die hele fase over en stelt zich niet zo aan. Hij weet wie hij is en is trots op wat hij kan, zonder dat hij daarover loopt te patsen.
  3. Hij is enthousiast
    Schrijver en übernerd John Green beschreef eens waarom het geweldig is om een nerd te zijn. Die mogen namelijk enthousiast zijn zonder ironie. Ze mogen van vreugde op en neer springen in hun stoel als ze iets tof vinden. En er is weinig aanstekelijker dan oprecht en onverdund enthousiasme, zelfs als het voor een obscure nieuwe technologie uit Japan is. De bètaman doet niet aan cool en onverschillig zijn en dat is de op de lange termijn wel zo gezellig om mee samen te wonen.
  4. Hij is handig
    Er zijn ook praktische voordelen aan een bètaman. Je krijgt overal in huis razendsnel draadloos internet, je fiets loopt als een zonnetje en als de wasmachine kapot gaat, hoef je geen monteur te bellen. Terwijl je man staat te knutselen, kun jij mooi met vriendinnen de stad in. Als je geluk hebt, krijg je een bèta die ook nog een beetje kan timmeren of waterleidingen aanleggen. Wel even goed opletten dat je niet per ongeluk een theoretisch natuurkundige aan de haak slaat, want die is vooral goed met pen en papier.
  5. Hij heeft een baan
    Ook handig in deze tijden van crisis: de bètaman heeft een baan. Let hierbij vooral op de statistici. Econoom Hal Varian, een van de eindbazen bij Google, voorspelde in 2009 dat dit het sexy beroep van het decennium zal zijn. “Mensen denken dat ik een grap maak, maar wie had gedacht dat computeringenieur het sexy beroep van de jaren negentig zou zijn?” Goed, dat had ik even gemist in de jaren negentig en Varian heeft waarschijnlijk een iets andere definitie van sexy dan ik, maar die statistici moet je dus hebben, met hun baan.
  6. Hij heeft tijd voor je
    De gemiddelde (of modale) bètaman houdt niet van sport, heeft weinig sociale verplichtingen en geen lange lijst van ex-en waarmee hij nog bevriend is. Hij heeft dus tijd genoeg voor jou. Je hoeft niet te smeken om een avond iets samen te doen. En als jij liever juist een keer zonder hem op stap gaat, dan vermaakt hij zichzelf wel, dat is hij namelijk gewend. Als je trouwens graag een man helemaal zonder ex-en wilt, dan is een wiskundige of scheikundige aan te bevelen. Bij een enquête onder Amerikaanse studenten hadden die studies het hoogste percentage maagden (83 procent). Merkwaardig genoeg scoorden de informatici beter dan de filosofen, psychologen en economen.
  7. Hij leert snel
    Het allergrootste voordeel van de bètaman is misschien wel dat hij snel leert. Ooit sprak ik een personeelsmanager bij een IT-bedrijf dat de slimste nerds selecteerde (en ja, dat waren vrijwel alleen mannen). Zij vertelde dat haar bedrijf niet verwachtte dat die jongens ook nog eens heel vlot gekleed waren of supergoed waren in presentaties. Daarvoor organiseerde zij wat communicatietrainingen en ging ze zelf een paar keer mee winkelen met nieuwe werknemers. Binnen een paar maanden waren hun werknemers niet alleen slim maar ook hip. Als een man snapt hoe een zevendimensionale Banachruimte werkt, dan kan hij ook leren wat voor broek in de mode is. Hij moet alleen een goede reden hebben om dat te willen weten (bijvoorbeeld een leuke vriendin).

Nog zo'n fijne illustratie van Stay Nice.
Nog zo’n fijne illustratie van Stay Nice (klik voor de grotere versie).

Op zoek naar de ware
Goed, nu wil je ook een bèta, maar hoe vind je er één? Vroeger herkende je hem aan zijn laptop en bril, maar tegenwoordig zit iedereen in koffietentjes interessant te doen met een MacBook en een grote zwarte bril. Je kunt op het scherm gluren of hij zit te programmeren, maar je kunt de bèta beter zoeken in zijn natuurlijk habitat.

Een goede beginplek is de Robocup, eind deze maand in Eindhoven. Robots die voetballen: daar moet het toch lukken om een leuke techneut op te pikken. Ook een goede plek zijn reparatiescafé’s op allerlei plaatsen in Nederland. Neem een kapot apparaat mee en zoek de knapste knutselaar. Als het niet lukt een leuke man te vinden, heb je in elk geval een gratis reparatie. Verder zijn evenementen waar iets met fantasy, science-fiction of hacken gebeurt altijd goede plekken om veel bèta’s te ontmoeten. Al is het de vraag of daar de leukste exemplaren lopen. Is er niet een datingsite waar je op studierichting kunt selecteren?

Misschien is het wel het makkelijkste om eens een dagje naar Delft te gaan. Een studievriend nam zijn Amerikaanse neef eens mee naar de kroeg. Na een kwartier vroeg de neef voorzichtig of dit soms zo’n beruchte Nederlandse gay-bar was: er zaten alleen maar mannen. Maar nee, dit was het bekende Delftse mannen overschot, de bevolkingspiramide van Delft laat een prachtige uitstulping zien bij de mannen tussen de 20 en 29. En raad eens waar die mannen vandaan komen? Juist, allemaal bèta’s van de Technische Universiteit. (Voor de bètamannen die dit stuk per ongeluk lezen: jullie kunnen wel raden dat bijvoorbeeld Leiden een overschot aan dames tussen de 20 en 29 heeft. Overweeg eens een leuke keuzevak bij psychologie.)

Zodra je ergens een knappe bètaman spot, zul je waarschijnlijk zelf in actie moeten komen om hem te versieren. Korte jurkjes en diepe decolletés maken minder indruk op hem dan bij andere mannen. De liefde van de bèta gaat door het brein. Zorg daarom dat je iets hebt om over te praten. Je hoeft heus niet de hele dag sommen te maken, maar het helpt als je subtiel laat zien dat je zijn wereld kent.

Kijk naar The Big Bang Theory om een indruk te krijgen van de grappen die bèta’s leuk vinden. Als iemand bijvoorbeeld uitroept dat je nooit kan raden wat hij net meemaakte, antwoord dan iets als “Je ging de gang in, viel in een wormgat en belandde vijfduizend jaar in de toekomt, gebruikte de technologie om een tijdmachine te bouwen en nu kom je terug om mij te halen.” (Ook een prima openingszin trouwens.)

Lees zeker The Hitchhikers Guide To The Galaxy. Een vriendin die tussen de bèta’s werkt, bekende dat ze nadat ze dit boek las eindelijk de grapjes aan de lunchtafel begreep. Nu wist ze wat er zo bijzonder is aan het getal 42, waarom de online vertaalmachine Babelfish heet en wat “So Long, and Thanks for All the Fish” betekent. Haar collega’s stapten daarna prompt over op grapjes uit Disc World, dus lees die boeken ook even. Verder is de meeste science-fiction en fantasy geschikt studiemateriaal, maar daarbij moet je even kijken hoe ver je wilt gaan. Zorg in elk geval dat je het verschil kent tussen Star Trek en Star Wars en vermijd iedereen die verkleed gaat als een personage uit één van de twee. Veel plezier met jouw bèta.

Begeerlijke bèta’s

Wie is deze begeerlijke bèta? Ook deze is natuurlijk gemaakt door Stay Nice (klik voor de vergroting).
Wie is deze begeerlijke bèta? Ook deze is natuurlijk gemaakt door Stay Nice (klik voor de vergroting).

Richard Feynman
Het prototype van de aantrekkelijke bèta moet wel natuurkundige Richard Feynman zijn. Deze Nobelprijswinnaar was charismatisch, razendslim en lekker excentriek. Hij deed zijn natuurkunde soms in een stripclub, speelde de bongo en haalde rare grappen uit met zijn collega’s. En hij schreef prachtige brieven. Zijn mooiste liefdesbrief schreef hij anderhalf jaar nadat zijn eerste vrouw overleed aan tuberculose. Hij beschrijft hoeveel hij nog van haar houdt en hoe alle meisjes die hij ontmoet na een paar afspraakjes op as lijken. “Jij, dood, bent zoveel beter dan wie dan ook die leeft.” Pak wat zakdoeken en klik op “I love my wife. My wife is dead.”“ voor de complete brief. Gelukkig vond Feynman jaren later alsnog nieuw geluk in de liefde. Helaas is hij inmiddels zelf overleden.

Chris Hadfield
Springlevend is de Canadese astronaut Chris Hadfield. Deze fitte vijftiger zette vorige maand zijn versie van David Bowies Space Oddity op YouTube, opgenomen terwijl hij door het internationale ruimtestation zweefde. Veel cooler dan dat kun je toch niet worden. Deze luchtvaart-ingenieur is dan ook erg populair op internet met meer dan een miljoen volgers op Twitter. Op Valentijnsdag tweette hij vorig jaar een luchtfoto van een hartvormig stuk zee. Hoe romantisch. Helaas was die foto voor zijn vrouw Helene, met wie hij al sinds de middelbare school samen is.

Freek Vonk
De Nederlandse bioloog Freek Vonk mag natuurlijk niet ontbreken in dit lijstje. Hij is stoer, mannelijk én een echte wetenschapper. Je zou het niet zeggen als je hem met ontbloot bovenlijf ziet, maar Vonk schrijft artikelen met titels als Axial patterning in snakes and caecilians: evidence for an alternative interpretation of the Hox code. Sexy! Het leukste aan hem is zijn belachelijke enthousiasme als hij in de jungle een piepkleine slang ontdekt, terwijl op de achtergrond onopgemerkt een kudde olifanten voorbijkomt. Helaas is dit alfamannetje onder de bèta’s al gekaapt door Eva Jinek.

Nate Silver
Getallenwonder Nate Silver voorspelt akelig precies de uitslag van allerlei verkiezingen en sportwedstrijden. Zijn nauwkeurigheid leverde hem zijn eigen internet-meme op met grappen van wat Silver allemaal zou voorspellen als hij dronken is: op een bruiloft de datum van de echtscheiding, aan wildvreemden in de metro wanneer ze overlijden en hoe lang deze grap leuk zou blijven. Silver bekende later lachend dat hij als hij dronken is net zo zulke domme discussies heeft als iedereen. Het goede nieuws is dat Silver nog vrijgezel is. Het slechte nieuws is dat hij op mannen valt. Een buitenkansje dus voor homoseksuele mannen die ook een echte bèta willen: go get him!

Dit artikel verscheen op 22 juni 2013 in Volkskrant Magazine.

Flirt with a nerd (column)

“Als je in India in een bar komt en je zegt dat je studeert voor ingenieur, komen de meisjes in drommen op je af”, aldus de Indiase IT-er Chandrasekhar. “En je hebt het helemáál gemaakt als je halverwege de avond aankondigt naar huis te gaan om nog wat computerberekeningen te analyseren. Dan zijn ze echt niet meer tegen te houden.” Zou dat echt zo zijn? Ik kom natuurlijk zelden in kroegen in India, maar in Nederland is het volslagen ondenkbaar dat een jongen op weg naar zijn linuxserver de opdringerige meisjes van zich af moet slaan.

Balkenende citeerde Chandrasekhar in een oproep aan Nederlandse jongeren om hun talent beter te gebruiken. Diezelfde week stuurde een vriend mij een foto van een reclamebord met “It’s my future! I want to be an engineer…sex can wait.” Zo werf je natuurlijk geen technische studenten.


Billboard_Sex_Can_Wait

De meeste Nederlandse meisjes willen helemaal geen ingenieur, ze willen de zanger van een band, of een advocaat, of desnoods een arts. Zelf was ik geen haar beter. Jarenlang studeerde ik in Delft tussen vriendelijke jongens die mijn band plakten, mijn computer repareerden en meegingen naar feestjes als niemand anders zin had. Maar aan het eind van zo’n feestje ging ik altijd naar huis met een kunstenaar, een muzikant of een ander moeilijk kijkend type in een zwarte koltrui. Want wat moest ik nou met een techneut?

Tot ik prompt na mijn afstuderen verliefd werd op een ingenieur, een natuurkundige nog wel. En wat bleek dat een ideale partner! Ons eerste afspraakje was zorgvuldiger gepland dan de invasie van Normandië. Daarna maakt hij zonder problemen tijd in zijn agenda vrij voor mij en voor ik het wist woonden we samen. En als ik met vriendinnen wil afspreken, dan blijft hij gewoon wat langer in zijn lab. Ik heb nog nooit zo’n leuke vriend gehad.

Na jaren van blindheid keek ik eens om me heen en zag dat veel bèta’s eigenlijk ontzettend geschikte partners zijn. Ze zijn slim en solide. Ze kunnen een waterleiding aanleggen en met een beetje geluk dansen ze nog op feestjes ook. En ze zijn massaal vrijgezel. Een vriend van mij had een gouden idee: een datingbureau voor bèta’s. De naam had hij al: Flirt with a nerd. Er is maar één probleem: hij kan geen vrouwen vinden die zich aan willen melden.

Het wordt tijd dat Nederlandse meisjes beseffen dat bèta’s net als boeren een vrouw zoeken. En dat ze een voorbeeld nemen aan die Indiase meisjes en op mannenjacht gaan bij civiele techniek, werktuigbouwkunde of informatica.

Deze column verscheen op 15 maart 2008 in Technisch Weekblad. Ik zet hem op veler verzoek online. Grappig detail: deze column hing jarenlang op de koffiekamer van mijn vriends werk. De relevante passages over hem waren gemarkeerd. Tijdens het lofwoord bij zijn promotie citeerde zijn promotor er zelfs nog een stukje uit. Nog grappiger: een vriendin van me was aan het internetdaten met een natuurkundige en kreeg deze column toegestuurd als aanbeveling. Ze zei daarna fijntjes dat niet alle nerds zo leuk zijn als mijn vriend. Waarvan akte.