Tag: compromis

Uw dilemma over planten water geven is in het klein wat er in de formatiegesprekken in het groot gebeurt

Beste Ionica,
Mijn vrouw en ik hebben geregeld onvruchtbare discussies over het water geven van de planten. Zij vindt dat ik te vaak en te veel geef en ik vind dat zij niet vaak genoeg en te weinig geeft. Hoe lossen we dit op?
Met vriendelijke groet,
Daan Samkalden

Beste Daan Samkalden,

Een eerste, wiskundig verantwoorde, oplossing is om te middelen. Stel dat u, om het even cijfermatig te maken, de planten acht keer per maand 200 milliliter water wilt geven, terwijl uw vrouw meer voelt voor vier keer per maand 100 milliliter. Dan zou u een middenweg kunnen kiezen door voortaan zes keer per maand 150 milliliter te water geven. Alleen vermoed ik dat u dan stiekem af en toe een glaasje water extra in de planten zult gieten en dat uw vrouw heimelijk een keer overslaat als het haar beurt is om de planten water te geven. En dan krijgt u nóg meer onvruchtbare discussies en met een beetje pech gaan uw planten ook nog eens dood. Kortom: zo’n compromis maakt waarschijnlijk ongelukkig.

Een andere, ook al wiskundig verantwoorde, oplossing is om willekeur slim in te zetten. U gooit elke maand een muntje op. Bij kop geeft u die maand planten water volgens uw schema en bij munt bepaalt uw vrouw een maand wanneer en hoeveel water de planten krijgen. Op de lange termijn komt u daarmee gemiddeld uit op een middenweg tussen uw losse voorkeuren. Maar is dat het beste voor u? En misschien wel belangrijker: is dit het beste voor uw planten?

Ik vrees dat deze wiskundige oplossingen allebei niet de juiste zijn. Journalist Jonathan Foster vat mooi samen wat de taak is van journalisten: ‘Als één iemand zegt dat het regent en de ander zegt dat het droog is, dan is het niet jouw taak om hen allebei te citeren. Het is jouw taak om uit het fokking raam te kijken en uit te zoeken wat waar is.’

De juiste vraag lijkt me hier dan ook: hoeveel water hebben die planten van u eigenlijk nodig? Dit zal per plant verschillen. Van de plantbiologen in mijn gebouw leerde ik dat minder vaak water geven goed kan zijn voor de wortelontwikkeling en dat te natte aarde risico geeft op wortelrot. Hun advies is om even te voelen aan de aarde, als die op een paar centimeter diepte niet meer vochtig is, dan heeft de plant wat water nodig. Zelf heb ik overigens watergevende potten met een reservoir waaruit de plant altijd precies genoeg water kan nemen.

Uw dilemma is in het klein wat er in de formatiegesprekken in het groot gebeurt. Elke partij heeft eigen ideeën over wat goed is. De ene partij wil bijvoorbeeld graag de grondwet waarborgen, de andere partij wil, nu ja, andere dingen. Wat moet je dan doen om eruit te komen? Een compromis zoeken waarbij iedereen even ongelukkig is? Of elke partij om de beurt een paar punten volledig gunnen en zien wat ervan komt? Was er maar een manier om te bepalen wat het beste is voor de planten. Kiezers, ik bedoel kiezers.

Deze column verscheen op 15 maart 2024 in de Volkskrant.

Nieuwe adviesvragen zijn van harte welkom. Liefst persoonlijke vragen die op het eerste gezicht he-le-maal niets met wiskunde te maken hebben. U kunt ze insturen via ionica@volkskrant.nl.

Lees hier ook de andere columns van de reeks.

Geen kaas meer? Wat de wiskunde kan betekenen voor uw veganistische idealen

Beste Ionica,

Eigenlijk vind ik dat iedereen veganist zou moeten worden vanwege de slechte invloed van vlees en zuivel op het milieu. Toch houd ik me hier zelf niet aan: ik eet nog steeds zuivel. De aantrekkingskracht van een plakje kaas op mijn boterham wint het van de niet-waarneembare impact die ik daarmee op het milieu heb. Hoe kan ik mezelf overtuigen om me aan mijn eigen principes te houden?

Tessa Matser

Beste Tessa Matser,

Wiskunde lijkt bij uitstek het vak waarin dingen goed óf fout zijn. In de formele logica is een bewering waar óf het omgekeerde van die bewering is waar. ‘9 is een priemgetal’ is niet waar, dus dan moet het omgekeerde van de bewering waar zijn: ‘9 is geen priemgetal’. Dit principe heet de wet van de uitgesloten derde, omdat er geen derde mogelijkheid bestaat.

Maar de intuïtionistische formele logica betwist deze wet. De Nederlandse wiskundige L.E.J. Brouwer was zo’n honderd jaar geleden een van de grondleggers van deze alternatieve logica, waarbij iets pas waar is als je het ook hebt bewezen.

In alle eerlijkheid begrijp ik net zo weinig van de intuïtionistische formele logica als van de bio-industrie. Wat ik probeer te zeggen: misschien bestaat er voor u een derde mogelijkheid naast ‘veganistisch eten is goed’ en ‘ik verloochen mijn principes als ik een plak kaas eet’.

Bent u bereid om uw principes iets bij te stellen? Wiskunde zou u op verschillende manieren kunnen helpen om een compromis te vinden tussen uw veganistische idealen en uw liefde voor zuivel. Stel dat u het acceptabel zou vinden om af en toe zuivel te eten, dan kunt u elke ochtend een dobbelsteen gooien en alleen als u 6 gooit, mag u die dag zuivel gebruiken. Dan zult u 83,3 procent van de dagen veganistisch eten. Dit is alleen wat onhandig met inkopen doen, want u wilt natuurlijk geen zuivel hoeven weggooien omdat die over de datum gaat als u iets te lang geen 6 gooit.

U kunt ook een bovengrens stellen aan hoeveel zuivel u per jaar mag eten van u zelf. Ik ken iemand die maximaal 1 kilogram vlees per jaar eet. Hij eet in principe vegetarisch, maar als hij in een goed restaurant lokaal wild op de kaart ziet, dan bestelt hij dat soms. Maar nooit meer dan een kilo per jaar.

Als u nu denkt: ‘Ionica, dit was niet mijn vraag, ik wil echt naar 100 procent veganistisch, houd op met die ruggegraatloze suggesties’, dan heb ik nog één wiskundige techniek achter de hand. Het is een oude, heel simpele truc die ook in allerlei verslavende spelletjes gebruikt wordt: tellen. Je telt hoeveel dagen het je lukt om geen zuivel te eten – en dan maar proberen een zo lang mogelijke aaneengesloten reeks (oftewel een streak) te halen. Ik heb twee mannen in mijn omgeving die dit doen voor respectievelijk alcohol en chocolade. De één zit inmiddels op 2.123 dagen, de ander op 18. Maar dat kunnen er uiteindelijk ook 2.123 worden.

Deze column verscheen op 8 september 2023 in de Volkskrant.

Nieuwe adviesvragen zijn van harte welkom. Liefst persoonlijke vragen die op het eerste gezicht he-le-maal niets met wiskunde te maken hebben. U kunt ze insturen via ionica@volkskrant.nl.

Lees hier ook de andere columns van de reeks.