‘Het was elf jaar geleden. Ik zat in een volle collegezaal bij Inleiding van de psychologie. Alle 250 aanwezige studenten waren in paniek, want dit was het laatste college voor het tentamen en we waren er nog lang niet klaar voor. Toen zei de docent: ‘Jullie lijken me nogal gespannen. Weet je wat, ik geef jullie allemaal een 9,5, maar dan moeten jullie daar wel unaniem vóór stemmen.’
Vorige week citeerde Jason Kottke op zijn blog kottke.org (die al sinds 1998 bestaat!) deze geweldige onderwijsanekdote van ene Hanna. Na dit aanbod van haar docent mochten de studenten in de zaal stemmen. Twintig studenten zeiden nee tegen de gegarandeerde 9,5 – en daarmee ging het feest niet door.
Vervolgens vroeg de docent naar de reden van hun stem met als meerkeuze-opties:
A: Ik koos een 9,5 omdat ik die wil.
B: Ik denk dat ik een hoger cijfer dan een 9,5 kan halen.
C: Ik wil geen 9,5 krijgen die ik niet verdien.
D: Ik wil niet dat anderen hetzelfde cijfer krijgen als ik terwijl ze er minder voor gedaan hebben dan ik.

Alle twintig studenten die tegen de 9,5 stemden, kozen voor die laatste optie. De docent legde uit dat dit de belangrijkste psychologische les van zijn vak was: ‘Ik doe dit experiment al tien jaar en nog nooit heeft een groep studenten unaniem voor de 9,5 gekozen, omdat er altijd mensen zijn die niet willen dat anderen hetzelfde krijgen als zij. Omdat ze vinden dat die anderen het niet verdienen. Statistisch gezien zullen slechts tien van jullie een 9,5 of hoger halen.’ Kortom: de mensen die tegen een 9,5 stemden, hebben niet alleen de rest van de groep maar zeer waarschijnlijk ook zichzelf flink benadeeld.
Het eerste dat ik dacht toen ik dit las, en dit zegt veel over wat aan een universiteit werken met mijn hersenen heeft gedaan, is dat onze examencommissie dit he-le-maal niet grappig zou vinden. Voor mijn vakken moet ik leerdoelen vastleggen en hoe ik die precies ga toetsen, met gedetailleerde beoordelingsmodellen en deelpunten.
Ik zie mezelf al uitleggen bij een onderwijsvisitatie dat alle studenten een 9,5 hebben gekregen, omdat ze het wél voor elkaar hadden gekregen om unaniem te stemmen. Het is trouwens ironisch dat studenten die dit zouden doen de belangrijkste les van de anekdote missen en desondanks allemaal een 9,5 halen. Of zou de docent stiekem zelf meestemmen, zodat er elk jaar minstens één tegenstem is? Of zou de anekdote niet helemaal kloppen?
Het verschijnsel klinkt wel aannemelijk en is geheel in lijn met allerlei speltheorische dilemma’s en (ik kop hem maar even in) het gedrag van bepaalde politici en hun kiezers. Wat ik graag zou willen weten, is of er bij een vervolgvak ook tips werden gegeven voor wat je moet doen als jij bij de groep zit die graag een 9,5 voor iedereen wil. Is er iets dat je kunt doen om degenen die het anderen niet gunnen toch mee te krijgen?
Deze column verscheen op 5 juni 2025 in de Volkskrant.