Categorie: Kinderen

Zilveren Griffel en Bronzen Penseel

Rekenen voor je leven is bekroond met een Zilveren Griffel en een Bronzen Penseel. Ionica en Edward van de Vendel vielen in de prijzen wegens de positiviteit en leerzaamheid van het boek, en Floor de Goede werd gecomplimenteerd voor zijn aanvullende en unieke illustraties. De jury-rapporten leest u hieronder.

Jury-rapport Zilveren Griffel in de categorie Informatief

Rekenen voor je Leven

Alle juryleden zouden het boek Rekenen voor je leven in hun jeugd op de basisschool hebben willen lezen. De in het boek beschreven aanpak zou het plezier in rekenen enorm hebben vergroot. De titel van het boek geeft de urgentie van het rekenen aan: je hebt het nodig in het dagelijks functioneren. De leerlingen van groep zeven van basisschool De rover Hoepsika mogen rekenvragen verzinnen die met hun leven te maken hebben. Dat levert vragen op over het klimaat, de puberteit, echtscheiding en verliefdheid; maatschappelijke kwesties die allemaal tot een rekenvraag leiden. Met levendige dialogen en beeldende vergelijkingen neemt Edward van de Vendel de lezer mee in de belevingswereld van de kinderen. Hun rekenvragen vloeien voort uit hun belevenissen en zo ontstaat er een mooi spel tussen taal en rekenen. Ionica Smeets verstaat de kunst om de vragen op begrijpelijke wijze om te zetten in rekensommen en de illustraties van Floor de Goede zijn niet alleen grappig, maar helpen ook om de rekenkundige bewerking te kunnen volgen. De jury waardeert het dat de leerlingen uit verschillende culturen afkomstig zijn en dat dit benadrukt wordt in zowel de tekst als het beeld. Ook is de jury blij met de specifieke aandacht voor vrouwelijke rekenwonders. Op alle fronten is Rekenen voor je leven een positief en leerzaam boek.

Jury-rapport Bronzen Penseel in de categorie Informatieve Boeken

Floor de Goede met het Bronzen Penseel, Ionica Smeets en Edward van de Vendel met de Zilveren Griffel

Met Rekenen voor je leven geeft de veelvuldig bekroonde illustrator Floor de Goede ons een boek dat leren leuk maakt. Vlotte en krachtige tekeningen verhelderen en geven vorm aan prangende rekenvragen van kinderen uit groep 7 van de Rover Hoepsikaschool. Vragen over oneindigheid, muren, bruggen, kortingen, water en recepten, en nog veel meer. Elke vraag heeft letterlijk een eigen kleur gekregen en bestaat uit een afwisseling van gekaderde striptekeningen en losse illustraties. Hierin wordt ook de veelzijdigheid van de op het oog ‘eenvoudige’ vragen weergegeven. Levensechte voorvallen en maatschappelijke thema’s worden geïllustreerde rekensommen, die op hun beurt met kleur, precieze details en humor allerlei interpretatielagen belichten. Beeld en tekst gaan hier hand in hand. Onverwachts ‘boeiend en soms een beetje gek’ zoals het boek zelf zegt, maar altijd uit het leven gegrepen; de vragen van groep 7 krijgen ruimte, kleur en lading door de illustraties. Tekst en beeld verhelderen elkaar en zijn niet los van elkaar te zien. Ze complementeren elkaar exact op dat ongedefinieerde gebied van details in lijn, kleur, klank, diepte en vorm. Beeldvullende illustraties waarin het verhaal met kracht in duidelijke lijnen en kleurvlakken wordt neergezet, worden afgewisseld met stripachtige cartoons voor de rekenlessen. Complexe vragen krijgen vlotte tekeningen waarin ernst en humor prima samengaan. Sprankelend door vrolijkheid, origineel door allerlei vormen van beeldtaal, karakteristiek kleurgebruik in een verrijkende symbiose tussen beeld en tekst. Dit kan hét boek zijn om vragen van levensbelang nu eens anders te behandelen. De illustraties maken het verhaal; ze zorgen ervoor dat je de tekst gaat lezen en tegelijkertijd van rekenen gaat houden. Precies hoe je de illustraties in een informatief boek wilt hebben: aanvullend en uniek.

Ionica met Diederik Jekel bij Schooltv

Diederik Jekel en Ionica Smeets buigen zich bij Schooltv over wiskundige raadsels en begrippen, van exponentiële groei tot oneerlijke taartdiagrammen.

De korte clips kunnen gebruikt worden voor het onderwijs, of voor waar je maar wilt!

Als iets ‘waarschijnlijk’ is, hoeveel procent zeker is dat dan? Voor sommige mensen betekent dat 70%, voor anderen 90%. Ionica legt uit waarom deze kanswoorden zo verraderlijk kunnen zijn.

Kinderboekenweek 2021: Rekenen voor je leven met Edward van de Vendel en Ionica Smeets

Wat gebeurt er als een klas de saaie sommen mag vervangen door rekenvragen die met hun eigen leven te maken hebben?

Hoe win je alle spelletjes? Is plassen onder de douche echt goed voor het milieu? Zijn ijsjes overal en altijd even koud? Hoe word je rijk?

Je leest het in Rekenen voor je leven. Of kom, voor of tijdens, de Kinderboekenweek (van 6 t/m 17 oktober) naar een van de optredens van Edward van de Vendel en Ionica Smeets. Je kunt je boek dan ook laten signeren.

Boekhandel Blokker
Datum: 30 september
Tijd: 19.30 uur
Locatie: Boekhandel Blokker, Heemstede
Meer informatie

Boekhandel Groenendijk
Datum: 15 oktober
Tijd: 19.00 uur
Locatie: Theater De Meenthe, Steenwijk (ism Boekhandel Groenendijk)
Meer informatie

Rijnlandse Boekhandel
Datum: 16 oktober
Tijd: 13.30 uur
Locatie: Rijnlandse Boekhandel, Oegstgeest
Meer informatie

Boekhandel De Toverlantaarn
Datum: 17 oktober
Tijd: 14.00 uur
Locatie: Boekhandel De Toverlantaarn, Leeuwarden
Meer informatie

Als los zand

Wat is er bij jou veranderd in de afgelopen zeven jaar? Bij mij is het nogal veel. In 2011 was Tex een baby en begon ik met deze column – toen nog in het tijdschrift Kinderen. Ik was destijds zzp’er en koos mijn werk volgens de 3 P’s: poen, prestige en plezier. Alles dat ik deed moest minstens twee van de drie p’s opleveren. Want ik moest geld verdienen, ik wilde een goede naam opbouwen en ik vond het belangrijk om voldoening uit mijn werk te halen. Met deze column lukte dat alledrie: een zeldzame combinatie.

Er veranderde nogal veel in de tussenliggende jaren. Han ging in de off-shore industrie werken en vloog de wereld over. Tex leerde lopen en praten. We kochten een huis met een tuin. Ik maakte tv-programma’s en werd steeds vaker herkend op straat. Mijn moeder kreeg borstkanker en werd nooit meer de oude. Maar ik zo blij dat ze er nog is, want er gingen veel lieve mensen dood de afgelopen jaren. Tex ging naar school. Rifka werd geboren. Han begon aan een opleiding tot klinisch fysicus. We kochten onze eerste auto. Ik werd benoemd als hoogleraar en ging weer vier dagen aan de universiteit werken.

En al die jaren schreef ik hier maandelijks over wat me in mijn gezin bezighield en zocht uit wat de wetenschap daarover te zeggen had. Over kleine vragen als ‘Wat doe je bij een luizenplaag?’ (kammen, kammen en nog eens kammen) en over grote vragen als ‘Zijn mensen zonder kinderen gelukkiger?’ (dat blijkt ingewikkeld te liggen, zoals vaak bij de echt grote vragen). Voor Kek Mama schrijven was een feest. De redactie maakte mijn tekst vaak net even iets soepeler, stuurde lovende reacties enthousiast door en fleurde me op als er boze brieven kwamen.

Alleen kwam er in de tussentijd van alle kanten meer werk bij. Steeds vaker zit ik ’s avonds of in het weekend achter mijn laptop terwijl Han iets leuks doet met de kinderen. De regel van de 3P’s voldoet niet meer. Want al dat werken gaat ten koste van mijn tijd met Han, Rifka en Tex. Daarom is dit mijn laatste column hier. Hoe jammer ik dat ook vind. Maar uiteindelijk doe ik liever iets leuks samen met mijn gezin dan dat ik alleen op zolder een stukje zit te typen over hoe leuk het is om dingen met dat gezin te doen.

Eén ding weet ik namelijk zeker: over zeven jaar is het 2025. Dan zal er weer heel veel veranderd zijn. Maar als alles goed gaat, wordt Tex dat jaar vijftien en Rifka tien. De tijd tikt genadeloos door en je moet zelf zorgen dat die niet als los zand door je vingers glijdt. In plaats van de 3 P’s wens ik jullie veel succes, geluk en vooral tijd voor dingen die je belangrijk vindt.

Deze column verscheen eerder in Kek Mama.

Slimme lessen

Als ik een kwartje kreeg voor elke keer dat ik hoorde dat muziek kinderen slim maakt, dan kon ik inmiddels een puike piano kopen. Toen ik zwanger was, kreeg ik regelmatig de tip om veel Mozart te draaien, zodat ik een slim kind zou krijgen. Dat zocht ik destijds uit en het bleek totale onzin. Ten eerste dringt muziek nogal vervormd door in de baarmoeder en ten tweede maakt het luisteren naar klassieke muziek kinderen echt niet slimmer.

Nu mijn kinderen alweer een paar jaar buiten mijn buik rondlopen, hoor ik regelmatig dat muziekles kinderen slimmer maakt. Overigens hoor ik dit vooral van ouders waarvan de kinderen in mini-Einsteins zijn veranderd sinds ze een instrument leren spelen.

Op zich klinkt het heel aannemelijk dat muziekles goed is voor de ontwikkeling van kinderen. Al dat oefenen, nieuwe dingen leren, dat doet vast iets met die kinderhersenen. Er is ook een dikke stapel van studies die laten zien dat kinderen die een muziekinstrument spelen beter presteren bij taal en wiskunde op school. Sterker nog: ze zijn gemiddeld ook slimmer dan kinderen die geen instrument spelen.

Alleen, wat veroorzaakt wat? Zijn het misschien toevallig de slimmere kinderen die vaker naar muziekles gaan? En hadden zij het niet net zo goed op school gedaan als ze in plaats daarvan op voetbal of ballet waren gegaan? Of als ze zelfs helemaal geen buitenschoolse activiteiten deden?

Het is tamelijk zeldzaam dat training op een bepaalde vaardigheid ook vooruitgang oplevert in een ander gebied (wat ik altijd spijtig vind om te beseffen als ik wekenlang manisch een spelletje op mijn telefoon heb gespeeld en er eindelijk fokkin goed in ben).

Wat is nu het echte effect van muziekles op kinderen? Een pas verschenen overzichtsstudie verzamelde de resultaten van bijna veertig onderzoeken naar deze vraag. In elk van deze studies werden twee vergelijkbare groepen kinderen gevolgd, waarbij de ene helft tijdens de studie aan muziekles begon en de andere helft níet. Toen de onderzoekers alle gegevens combineerden, zagen ze dat muziekles kinderen een heel klein beetje slimmer maakt en ook hun geheugen iets verbetert. Maar dat vertaalt zich niet in betere resultaten op school. En nog erger: die iets grotere slimheid en dat net wat betere geheugen zouden ook te verklaren kunnen zijn doordat een ander soort kinderen voor muziekles kiest. Daar hadden vrijwel al die studies geen rekening mee gehouden.

De overzichtsstudie concludeert zelfs dat onderzoeken die qua methode een beetje rammelden, de meest spectaculaire resultaten gaven (zoals wel vaker trouwens, het is makkelijker om te scoren als je de regels niet volgt).

Kortom: muziekles maakt kinderen waarschijnlijk niet slimmer. En dat is natuurlijk helemaal niet erg. Want het doel van die les is om kinderen te leren om een instrument te bespelen en muziek te maken. Dát is in de rest van hun leven misschien wel heel wat waardevoller dan een paar extra punten op een IQ-test.

Deze column verscheen eerder in KEK Mama

Bakerpraatjes – Zoete peuters

Bakerpraatjer_site
Zoete peuters

“Zeg, ze hebben toch niet te veel suiker gekregen?”, vraagt een boos kijkende moeder als ze haar zoon op komt halen in onze woonkamer vol wild rennende peuters. En ja, de kinderen hebben inderdaad wel wat dingen met suiker op: zelfgebakken cupcakes en later nog een paar snoepjes. Maar zouden die peuters daardoor zo druk zijn? Of komt het gewoon doordat ze moe zijn van het spelen en ze nu eenmaal driejarigen zijn?

Er is in de wetenschap geen snippertje bewijs dat kinderen druk worden van suiker. Uitgebreide studies zijn uitgevoerd. Zo kregen groepen kinderen wekenlang een dieet met extra veel suiker, terwijl anderen juist zo min mogelijk suiker kregen. De ouders merkten geen verschil in het gedrag van hun kinderen tijdens het dieet. De kinderen die bergen suiker aten werden niet drukker dan normaal en de suikerloze kinderen veranderden niet in zoete peuters. Eigenlijk gedroegen de kinderen zich stuk voor stuk net zoals voor hun dieet. Soms waren ze druk, soms waren ze rustig.

Er zijn ook soortgelijke experimenten gedaan met kinderen die volgens hun ouders extra gevoelig zijn voor suiker en met ADHD-ers. Steeds bleek suiker geen enkele invloed te hebben op het gedrag van de kinderen.

De mythe dat suiker kinderen druk maakt is waarschijnlijk in Amerika ontstaan tijdens de Tweede Wereldoorlog. Er was een tekort aan suiker en de overheid verspreidde allerlei negatieve berichten over suiker om te zorgen dat de bevolking minder zin kreeg in suiker. Heel effectief, want nu geloven de meeste mensen nog steeds dat suiker kinderen hyperactief maakt.

Hoe sterk dat geloof is, blijkt uit één van mijn favoriete studies. Kinderen kregen een snack en moesten daarna met hun moeder spelen. Na afloop kregen de moeders te horen wat hun kind gegeten had en moesten ze beoordelen of hun kind erg druk was tijdens het spelen. Alleen logen de onderzoekers stiekem een beetje tegen de moeders. De helft van de moeders kregen te horen dat hun kind suiker had gekregen, terwijl dat niet zo was. In deze studie had namelijk geen van de kinderen iets met suiker gekregen. De helft van de moeders wist dit, maar de andere helft dacht dat hun kind van zoete troep had zitten smullen. Het resultaat? De moeders die dáchten dat hun kind suiker had gegeten, mopperden na afloop dat hun kind zo druk was.

Kortom: je kunt na afloop van een kinderfeestje het beste tegen de ouders zeggen dat de kinderen alleen maar bleekselderij en paprika met een yoghurtdip hebben gegeten. Dan krijg je minder klachten over drukke kinderen. En het is sowieso om allerlei redenen een prima idee om kinderen ook echt meer groente in plaats van suiker te geven, maar dat is een heel ander verhaal.

Dit artikel verscheen eerder in nummer 12 van Kinderen.

Wetenschapsjournalist Ionica Smeets (35) woont samen met vriend Han en zoon Tex (3). Voor Kinderen zoekt ze elk nummer uit wat er waar is van bakerpraatjes over opvoeding.

Lekker vies

Dit is een aflevering van Bakerpraatjes uit het blad Kinderen.

Wetenschapsjournalist Ionica Smeets (32) woont samen met vriend Han en zoon Tex (1). Voor Kinderen zoekt ze elk nummer uit wat er waar is van bakerpraatjes over opvoeding.

Tex speelt graag buiten met zijn buurmeisjes; samen door de modder rollen, steentjes proeven en achter een kat aan rennen. Hij lacht dan breed vanonder een dikke laag zand, snot en grassprieten. Laat hem maar lekker vies worden, denk ik op zo’n moment, dat is goed voor zijn weerstand. Of is dat een fabeltje?

In 1989 kwam de Britse arts David Strachan voor het eerst met de hygiëne hypothese: moderne kinderen zijn te schoon en krijgen daardoor meer allergieën. Strachan was in het bijzonder geïnteresseerd in hooikoorts. Hoe kon het dat hooikoorts vanaf de jaren vijftig een groeiend probleem was, terwijl in de Westerse wereld de welvaart en hygiëne alleen maar toenamen? Ook eczeem, astma en allerlei allergieën kwamen steeds vaker voor.

Strachan ontdekte dat de jongste kinderen uit grote gezinnen minder vaak hooikoorts hadden. Hoe meer oudere broers of zussen, hoe kleiner de kans op hooikoorts. Hetzelfde gold voor eczeem. Strachan opperde dat een infectie op jonge leeftijd kinderen later beschermt. Door een vroege besmetting bouwen ze weerstand op zodat ze later geen hooikoorts, eczeem of allergie krijgen. Maar tegenwoordig is de kans op besmetting veel kleiner dan een eeuw geleden. We wassen onze handen met anti-bacteriële zeep, kinderen spelen minder buiten en gezinnen zijn kleiner. Een oudere broer met een snotneus is nu een waardevolle toevoeging: een mooie kans om jong besmet te raken.

Andere onderzoeken ondersteunen de hygiëne hypothese van David Strachan. Baby’s die in de eerste zes maanden al naar een kinderdagverblijf gaan, krijgen minder vaak eczeem en astma.
Kinderen die opgroeien op een boerderij hebben drie keer minder vaak allergieën dan hun leeftijdsgenoten uit steden of dorpen. Direct contact met allerlei dieren én het drinken van rauwe melk blijken te beschermen tegen astma. Inmiddels begrijpen we ook meer over hoe het lichaam weerstand opbouwt. Bij het voorkomen van allergieën is het vooral belangrijk dat jonge kinderen in aanraking komen met verschillende soorten bacteriën.

Natuurlijk spelen meer factoren een rol. Weinig lichaamsbeweging zorgt bijvoorbeeld voor slechtere longen en huismijt vergroot de kans op astma. Kinderen die binnen voor de televisie zitten hebben dus dubbel pech: ze zitten stil tussen de huismijten. Daarnaast zuchten televisiekijkers nogal weinig, wat ook al niet goed is voor de longen.

Kortom: laat Tex dus maar lekker vies worden, dat is inderdaad goed voor zijn weerstand. De modder waar hij door rolt is niet per se gezond voor hem. Maar buiten zijn, met andere kinderen spelen en de longen uit zijn lijf rennen zijn dat wel.

Een schorre zeehond (artikel)


bakerpraatjes
Het is zaterdagnacht en we logeren bij mijn schoonouders. We schrikken wakker van een vreemd geluid uit het ledikantje bij ons voeteneind. Het lijkt wel alsof Tex stikt, zijn ademhaling hapert, hij hapt gierend naar lucht en begint daarna hartverscheurend schor te huilen. De rest van de nacht haalt hij moeilijk adem en hoest hij als een zeehond. Wij proberen hem zo goed mogelijk te troosten, maar worden met de minuut bezorgder.

De volgende ochtend zitten we bij de huisartsenpost. De dokter vraagt of iets in het huis van mijn schoonouders een allergie kan hebben veroorzaakt. Maar er zijn geen huisdieren en het is er een stuk schoner dan bij ons thuis. De arts kijkt in Tex’ keel, luistert naar zijn longen en trekt zijn conclusie: pseudokroep. We hoeven ons geen zorgen te maken, dit komt heel vaak voor bij jonge kinderen. Het is niet gevaarlijk en gaat vrijwel altijd vanzelf over. De hoestaanvallen zullen een paar dagen duren en zijn meestal ‘s avonds en ‘s nachts het ergste. We krijgen het advies om Tex in een badkamer vol stoom te zetten als hij het erg benauwd heeft.

Als we ‘s avonds thuis zijn zoek ik op waarom de ziekte pseudokroep (onechte kroep) heet, de benauwdheid klinkt behoorlijk echt. Kroep blijkt een andere naam voor difterie. Dit was vroeger één van de meeste voorkomende doodsoorzaken bij kinderen. Dankzij de vaccinaties is difterie al meer dan twintig jaar verdwenen uit Nederland. Pseudokroep heeft dezelfde symptomen als de dodelijke kroep en lange tijd dachten artsen dat het één ziekte was. Zo kreeg pseudokroep zijn naam. Kroep komt trouwens van het Engelse werkwoord croup dat schor huilen betekent. Heel toepasselijk dus.

Pseudokroep is een virus en er is weinig aan te doen. Alleen bij zeer ernstige gevallen worden medicijnen voorgeschreven om de benauwdheid te verminderen. Stomen is al tientallen jaren het standaardadvies. Maar er is gek genoeg nooit aangetoond dat vochtige lucht helpt bij pseudokroep. Artsen vermoeden dat stomen vooral werkt doordat ouder én kind rustig worden van het ritueel. En kalmte is het allerbelangrijkste. Kinderen die in paniek raken, krijgen het namelijk alleen maar benauwder. En dan raken ze nog meer in paniek, waardoor ze het weer benauwder krijgen, enzovoorts.

Hoewel al sinds de jaren tachtig bekend is dat het stomen zelf eigenlijk niet helpt, adviseren artsen het nog steeds. Maar elke andere manier om een kind te kalmeren is net zo goed. Een bevriende huisarts vertelde me dat hij ouders aanraadt om lopend naar zijn praktijk te komen. Een half uurtje in de buitenlucht doet vaak wonderen. Niet doordat die lucht zo gezond is, maar puur doordat ouders en kind rustig worden van het wandelen.

Wij besluiten Tex tijdens de nachtelijke hoestaanvallen niet te kalmeren met stomen of wandelen, maar met zijn favoriete liedje van Elmo. Dat helpt. En na een week is hij inderdaad vanzelf weer beter.

Wetenschapsjournalist Ionica Smeets (32) woont samen met vriend Han en zoon Tex (1). Voor Kinderen zoekt ze elk nummer uit wat er waar is van bakerpraatjes over opvoeding

Dit artikel verscheen eerder in Kinderen